Menu
Sluit zoekveld

Waarmee kunnen wij je van dienst zijn?

Wie zoekt die vindt.

Recensie: 'Gedichten met een Mazda 626'

Recensie: 'Gedichten met een Mazda 626'

28 november 2018 by Pieter Van de Walle

Is dat iets waar je gedichten over kan schrijven, een Mazda 626? Een vriend van mijn ouders heeft ook een Mazda: een knalrode, met een spoiler. Hij stapt altijd grinnikend uit, alsof hij de grap ook wel doorheeft. Ik weet niet of hij er ook gedichten over schrijft, maar het zou best kunnen.

Misschien lees je titel van deze bundel als een mop, maar dat is fout. Ondanks het gebrek aan interpunctie en sporadische onleesbaarheid, is dit geen anti-poëzie. Deze gedichten zijn erg eerlijk; er is iemand die je echt iets wilt vertellen. Over balanceren op het randje van autisme, bijvoorbeeld. Of over medicatie en slapeloosheid, of over Jimmy, die in zijn rode Mazda 626 uit de dood is teruggekeerd, maar je krijgt hem enkel te zien als je veertig uur wakker bent.

ik sta op de p voor de super
ik ben de leeuwarend in het veld; een vortex die na 40 uur opengaat

Net als in Wijk, het debuut van Griffioen dat genomineerd werd voor de C. Buddingh'-prijs, is Gedichten met een Mazda 626 een conceptbundel. Alles valt of staat met de samenhang. Waar Wijk gaat over een plaats, gaat Mazda over een Mazda, en dat doet het met overgave: dezelfde beelden (de auto dus, maar ook Frank O’Hara, popmuziek, Jimmy, en die mythische veertig uren) komen steeds terug. Dat verleent een soort simpele eenheid aan de bundel.

Maar een popnummer is geen beeld, Frank O’Hara is na de zoveelste opvoering ook uitgeteld, en die Mazda staat meestal gewoon toeren te draaien op de stoep. De pijlers waarop Jonathan Griffioen zijn bundel doet rusten, zijn buiten hun lijmende functie weinig waard.

Op z'n best is de schrijver wanneer hij zijn stokpaardjes vergeet en ruimte laat voor korte observaties die best in een boekje zouden mogen:

mijn ouders zijn weg fladderen als een schroefboormachine door het park

of:

je wacht tot ik iets openhartigs zeg
zodat je over het weer kan beginnen
prima

Hoe dichter Jonathan Griffioen bij zijn eigen leefwereld en zijn eigen angsten blijft, hoe beklemmender. In Wijk lukte dat voortdurend, in Gedichten met een Mazda 626 af en toe:

het is een schaduwdier. hij beweegt in mijn richting
haperend; alsof hij vol kleinere dieren zit.

het schaduwdier zegt met een stem:
ik wil meer over je te weten komen
jonathan; zeg eens iets in een ik-zin

Misschien had Griffioen zijn bundel met dit soort diepte en zelfonderzoek moeten vullen en de Mazda aan de kant laten staan, maar ik vermoed dat zoiets onmogelijk was geweest. Het had een beheersing en perfectionisme gevergd die de bundel aan lef hadden doen inboeten, en dat is niet wat de dichter wilde.

In Gedichten met een Mazda 626 is een soort idiot savant aan het woord. En een dichter hoort dat altijd een beetje te zijn. Dat is het goed nieuws. Jonathan Griffioen heeft een bundel geschreven die dingen durft en als hij er nog eens één schrijft, dan lees ik die ook.

Recensent

Pieter Van de Walle leest alles, maar heeft een voorkeur voor slimme sciencefiction, poëzie, non-fictie over wetenschap of geschiedenis, of gewoon boeken die een klein beetje bijzonder zijn. Hij publiceerde gedichten en kortverhalen in bloemlezingen en tijdschriften. In het dagelijks leven werkt hij aan een doctoraat in de neurobiologie.

Tags:

Sluit Mijn Willemsfonds